Arbeidersbier op het terras?

Auteur: Richard Moerkerk
Columns 20 juli 2021
Arbeidersbier op het terras?

Een aantal jaar geleden zou ik een sollicitatiegesprek bij een café hebben, alleen was er nog geen exacte datum en tijd afgesproken. Het was mijn vrije dag, de zomerzon scheen en ik had dorst. Nu ben ik met dorst geboren, maar dat terzijde. Ik liep het café binnen om te bekijken welke bieren er op de wisseltaps stonden en trof de eigenaar van het café achter de bar. “We kunnen nu wel even zitten voor een gesprek…” opperde hij. “Wat wil je drinken?” “Nou, doe dan maar een glas water.” grapte ik terug, terwijl mijn oog al op een saisonbier was gevallen. Maar solliciteren in een speciaalbier-café mocht in stijl, en dus had ik mijn sollicitatiegesprek met een glas saison.

De diversiteit van bier vind ik geweldig. Sommige bierstijlen zijn uitgesproken bitter, zoet of zuur, in saisonbieren komen diverse smaken juist samen. Zo zijn er fruitige smaken te proeven. Die fruitige smaken kunnen op abrikoos of perzik lijken, of juist meer op witte druiven. En zelfs banaan is mogelijk, afhankelijk van welk brouwsel je proeft natuurlijk.

Overigens horen saisonbieren nooit zoet te zijn. Fruitige smaken en zoetigheid worden nog wel eens met elkaar verward, is mijn ervaring. Juist wel frisse smaken als iets rins tot licht zurig horen in een saison. Juist dat maakt deze bierstijl lekker doordrinkbaar. En verdieping in de smaak komt van het aroma van zwarte peper, een kenmerkende smaak van dit biertype. Dan is er ook nog een aangename bitterheid en wat kruidige smaken van de hop en daarmee is er bij elke slok iets nieuws te ontdekken!

Volgens de overlevering komen saisonbieren oorspronkelijk uit Henegouwen, een provincie in het zuiden van België. Grote boerderijen in die streek hadden in de zomer veel arbeiders op het land werken, die allemaal te drinken moesten krijgen. ’s Winters had de boer het juist akelig rustig en dus alle tijd om bier te brouwen. Niet dat dat een soort hobbybrouwen avant la lettre was, hoor. Toentertijd werd in steden bier boven water verkozen omdat het water te vervuild was om te drinken. Het bier wat gebrouwen werd was veel lichter dan de meeste bieren die we tegenwoordig drinken, namelijk zo’n 1,5% tot 2%. Dit bier werd vers (en vaak nog niet eens helemaal uitvergist) gedronken en was erg voedzaam. En dus werd er ook op het platteland bier gedronken, want van al dat zware werk kreeg men dorst en honger.

De saisonsbieren werden dus juist niet vers gedronken. Daarom moest het bier langer houdbaar gemaakt worden. De boer deed dat door het bier zwaarder in alcoholpercentage te brouwen én door er meer hop aan toe te voegen. Het resultaat was dus een heerlijk, smaakvol bier wat -door het gebrek aan zoetigheid- perfect dorstlessend is.

Eerlijk gezegd verbaasd het me dat door die complexiteit van die verschillende smaken en de hoge doordrinkbaarheid de saisons van tegenwoordig nog steeds niet prominent op de terraskaarten staan. Maar aan de andere kant, na mijn sollicitatie-in-stijl begrijp ik als geen ander dat een saisonbier een echt arbeidersbier is.

Richard is de vaste columnist van De Cafékrant, Internationaal biersommelier en eigenaar van De BierBasiliek en bereikbaar via richard@debierbasiliek.nl. Iedere derde maandag van de maand publiceert Richard een inspirerende column. Lees ze hier

Blijf je graag op de hoogte?

Eén keer per week het actuele en relevante cafénieuws in je mailbox? Schrijf je hier in voor onze digitale nieuwsbrief en blijf op de hoogte.

Overig nieuws